De derde bijeenkomst van het co-creatieteam, op 21 januari, stond in het teken van een eerste ‘reality check’ van de ontwerprichtingen die de deelnemers eerder met elkaar bedachten. Deze werden globaal getoetst op hun impact en effect, om in het vervolg van het proces de ontwerprichtingen te kunnen verbeteren, waar nodig om te gooien of juist aan te scherpen. We gingen in gesprek over zowel de meetbare als minder meetbare aspecten van de denkrichtingen.

Een eerste reality check als input voor verbetering
Landschapsarchitect Pieter Schengenga presenteerde de uitgewerkte ontwerprichtingen, die de deelnemers van het co-creatieteam in eerdere bijeenkomsten bedachten. Deze ontwerprichtingen moeten vervolgens getoetst worden op vragen als: worden CO2-uitstoot en bodemdaling inderdaad tegengegaan? Wordt uitdroging van natuur rondom de polder voorkomen? En bieden de ontwerpideeën een toekomstbestendig watersysteem? Carolien van der Ziel van Royal HaskoningDHV deelde een eerste inschatting van de antwoorden op deze vragen, om kwaliteiten en knelpunten van de verschillende richtingen in beeld te krijgen in het vervolg van het ontwerpproces.

In gesprek over meetbare en niet-meetbare aspecten
Na de presentatie van de kwantitatieve beoordeling, bespraken we meer kwalitatieve onderdelen van de ontwerprichtingen. Want een toekomstperspectief voor de Hegewarren is meer dan enkel in cijfers uit te drukken is. Er zijn ook minder meetbare aspecten van een toekomstige inrichting, die net zo belangrijk zijn. Denk aan toekomstige gebruik, natuurwaarden, kansen voor (water)recreatie en beleving van het landschap. In gesprek over de ontwerprichtingen brachten we de voors en tegens van de verschillende ideeën rondom de thema’s recreatie, natuur, beleving en landschap in beeld.

‘Collegetour’ als inspiratie voor het ontwerpproces
Voorafgaand aan het 3e atelier, op maandagavond 18 januari, hebben drie sprekers hun kennis gedeeld als inspiratie voor het ontwerpproces. Om een doordacht plan voor de toekomst van de Hegewarren te maken, moet allerlei kennis en informatie samenkomen. Van vragen over lange-termijntrends voor  recreatie tot concrete technische expertise over veengronden. Gedurende de eerste ateliers kwamen verschillende kennisvragen naar voren. De deelnemers hebben thema’s als businessmodellen, agrarische (on)mogelijkheden op natte gronden, de technische uitwerking van een vaarweg en trends in recreatie benoemd. Tijdens een ‘collegetour’ deelden drie externe experts hun kennis:

  • Nieuwe businessmodellen voor veenweide
    De eerste in de reeks van korte colleges ging over nieuwe businessmodellen voor veenweidegebied, gepresenteerd door Albert van Zadelhoff. Van Zadelhoff is onderdeel van het Inspiratieteam Toekomst Veenweide (ITV). Hij is verbonden aan de Triodos Bank en denkt vanuit zijn financiële achtergrond na over de toekomst van veenweidegebieden. Hij deelde zijn ideeën voor nieuwe businessmodellen met het co-creatieteam.
  • Natte teelten en natuurinclusieve landbouw
    Dr. Gert-Jan van Duinen is ecoloog en gespecialiseerd in aantasting en herstel van veengrond. Hij werkt daarbij onder andere aan agrarische inrichtingsmogelijkheden, waaronder natte teelten (paludicultuur). Wat kan er eigenlijk op agrarisch gebied als de waterpeilen omhoog moeten, zoals in de Hegewarren het geval is? Hij nam het co-creatieteam in zijn college mee in de (on)mogelijkheden op dit gebied.
  • Het ontwerpen van een vaarweg: wat komt daar eigenlijk bij kijken?
    Ten minste één ontwerpvariant met vaarweg is onderdeel van de opdracht. Maar waar moet je rekening mee houden als je zo’n vaarweg ontwerpt? Daar wilde het co-creatieteam meer over weten. Ir. Jacco Valstar is vaarwegexpert en gaf in het derde college van de avond uitleg over het technisch ontwerpen van vaarwegen.

Vervolgstappen
Alle bijeenkomsten van het co-creatieteam hebben tot nu toe online plaatsgevonden en de verwachting is dat dit ook de komende tijd nog nodig zal zijn. De deelnemers pakken dit uitstekend op, al kost online samenwerking meer tijd dan dat we fysiek met elkaar om de tafel zouden zitten. Ook voor de ondersteunende bureaus vraagt de digitale manier van werken meer tijd. We hebben de bijeenkomst van 21 januari dan ook besloten extra tijd te nemen voor het proces.

Delen van tussenresultaten
Dit betekent dat we niet nu, maar later de conceptresultaten met een bredere groep belanghebbenden en belangstellenden zullen delen. Dan is er ruimte om feedback en input mee te geven ter verbetering en aanscherping van de ontwerpvarianten. We delen de tussenresultaten via de nieuwsbrief.